Update wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen
Na een stilte van een jaar is het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen weer uit de ijskast gehaald. Minister Ollongren heeft op 29 juni 2018 de Eerste Kamer geïnformeerd over het wetsvoorstel en verzocht om de behandeling van het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen te hervatten.
In haar brief gaat minister Ollongren in op het wetsvoorstel. Zij wil het wetsvoorstel toelichten en verhelderen, zodat er geen onduidelijkheid kan bestaan over de uitleg van de inhoud van het wetsvoorstel. Daarom is de minister van plan om de verdere uitwerking van het beoogde stelsel van kwaliteitsborging en de uitleg zoveel als mogelijk vast te leggen in lagere regelgeving.
In de brief wordt ingegaan op de volgende punten:
- de onduidelijkheid over de aangenomen amendementen;
- de vraag hoever de aansprakelijkheid van de aannemer strekt, mede in relatie tot zijn waarschuwingsplicht;
- de wijze waarop de bevoegdheidsverdeling tussen het bevoegd gezag en de kwaliteitsborger is geregeld.
Het doel van het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor bouwen is dat de kwaliteit van bouwwerken wordt verbeterd en dat de positie van de opdrachtgever wordt versterkt. Door het verbeteren van die positie zijn opdrachtgevers beter in staat hun belangen ten aanzien van de bouwkwaliteit te behartigen. De noodzaak tot verbeteren van de bouwkwaliteit vloeit (volgens de toelichting) voort uit o.a. de steeds hogere kwaliteitseisen, de toegenomen complexiteit van het bouwproces en de versnippering van het bouwproces en de daarmee een niet heldere verdeling van de verantwoordelijkheden.
De brief van minister Ollongren kunt u nalezen via de website van de Rijksoverheid.
Heeft u vragen over wat het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen voor u (als aannemer of adviseur) kan betekenen? Neem dan contact op met een van onze advocaten gespecialiseerd in het bouwrecht.